...
Kenmerk | Omschrijving |
---|---|
Aanleiding ("Trigger") | Het gaat hier om een functionele trigger, dus: wat heeft de Actor bewogen om de Use Case uit te voeren (en niet welke knop is aangeraakt zodat dit deel van het systeem beschikbaar is) |
Actors | Een Actor is iemand die (of iets dat) interactie met het systeem heeft. Een Actor kan de Use Case initiëren of door de Use Case aangesproken worden. Een Actor is meestal een rolnaam (bijv. administratief medewerker). |
Wijze van uitvoering | Interactief of Niet interactief (kan ook Batch zijn) |
Samenhang met andere Use Cases of requirements | Verwijs hiervoor naar het betreffende Use Case diagram in het Use Case Model, zoals genoemd bij referenties. Bijvoorbeeld: Zie diagram x.x in het bij referenties genoemde Use Case Model. |
Frequentie van uitvoering | Bijvoorbeeld: 20-500 x per 24 uur. |
Volgorde van gebeurtenissen
...
Tip | ||
---|---|---|
| ||
Neem hier een activiteitendiagram op. Dit diagram geeft de samenhang van de scenario's die hierna worden beschreven weer. Geef duidelijk aan welke scenario's door welke activiteit worden gedekt. |
Afbeelding 1: Voorbeeld activiteitendiagram bij Use Case: <Use Case naam>
...
Basisscenario — <naam van het scenario>
Actor | Meestal zal de Actor degene zijn die reeds bij de kenmerken is genoemd. Als daar meer Actors zijn genoemd, kan het voorkomen dat een scenario voor slechts één van deze Actors is bedoeld. |
Preconditie | In de preconditie staat in welke status het systeem moet zijn om het scenario te kunnen beginnen. De preconditie wordt als constatering geformuleerd. Er hoeft niet altijd een preconditie te zijn. |
Scenario beschrijving | In een aantal stappen staat hier de interactie van de Actor met het systeem. Dit is altijd een 'succes scenario'; scenario's waarmee het doel van de Use Case niet gehaald wordt, worden als foutscenario's beschreven.
|
Postconditie | In de postconditie formuleer je in welke status het systeem is na afronding van het scenario. |
Tip | ||
---|---|---|
| ||
Optioneel: Hier is ruimte voor een schermontwerp, in HTML (screenshot) of als schets met andere tools. Geef het schermontwerp een bijschrift met daarin de schermtitel. In het geval dat er sprake is van een bericht, geef dan hier een voorbeeld van het bericht. |
Afbeelding 2: Schermontwerp van scherm <schermtitel>
Optioneel: als er sprake is van een schermontwerp of berichtvoorbeeld, is onderstaande tabel gevuld. Hierin staan de velden die in gebruik zijn met hun karakteristieken.
Tabel 1: Beschrijving van velden bij scherm <schermtitel>
Label | Verplicht | Status | Formaat / | Validatie | Toelichting |
---|---|---|---|---|---|
Naam van scherm- of berichtveld | J | I | Voorbeeld: Text (30, 50) | Voorbeeld: | Deze kolom bevat verhelderende informatie die niet in een van de andere kolommen past, bijv. opbouw van een veld uit diverse andere velden, wat niet blijkt uit de screenshot. Het is niet de bedoeling, het complete schermontwerp hier te beschrijven. |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
...
Alternatief Scenario 1 — <naam van het alternatieve scenario >
Actor | De Actor is meestal dezelfde als in het basisscenario. Neem in dit geval een verwijzing op. |
Preconditie | De preconditie is meestal hetzelfde als in het basisscenario. Neem in dit geval een verwijzing op. |
Scenario beschrijving | Het scenario vormt een alternatief voor het basisscenario. Een alternatief is bijv. betalen met credit card i.p.v. contant. Het hoofdscenario hoeft dan niet geheel te worden herhaald. Beschrijf alleen de alternatieve stappen t.o.v. het hoofdscenario. |
Postconditie | In de postconditie formuleer je in welke status het systeem is na afronding van het scenario. |
Tip | ||
---|---|---|
| ||
Optioneel: hier is ruimte voor een schermontwerp. Meestal kun je verwijzen naar het scherm bij het basisscenario, zodat er hier geen apart scherm getoond hoeft te worden. Hetzelfde geldt voor de bijbehorende tabel. |
Foutscenario 1 — <naam van het foutscenario>
Actor | De Actor is meestal dezelfde als in het basisscenario. Neem in dit geval een verwijzing op. |
Preconditie | De preconditie is meestal hetzelfde als in het basisscenario. Neem in dit geval een verwijzing op. |
Scenario beschrijving | Het foutscenario beschrijft een situatie waarin een uitzondering optreedt in basis- of alternatief scenario. Het hoofdscenario hoeft niet geheel te worden herhaald. Beschrijf alleen de alternatieve stappen t.o.v. het hoofdscenario.
|
Postconditie | In de postconditie formuleer je in welke status het systeem is na afronding van het scenario. |
Tip | ||
---|---|---|
| ||
Optioneel: hier is ruimte voor een schermontwerp. Meestal kun je een variant van het scherm bij het basisscenario maken. Hetzelfde geldt voor de bijbehorende tabel. |
...